zondag 27 oktober 2024
om 19:00 uur
avonddienst
Voorganger(s): Ds. J. Maasland
Organist: Cees
Aarlanderveen, Dorpskerk, zondag 27 oktober 2024
Voorganger: ds. Jan Maasland, Den Haag
Organist: Cees
Inleidend orgelspel
Aanvangspsalm: Psalm 84: 1 en 2
1 Hoe lieflijk, hoe goed is mij, HEER,
het huis, waar Gij uw Naam en eer
hebt laten wonen bij de mensen.
Hoe brand ik van verlangen om
te komen in uw heiligdom.
Wat zou mijn hart nog liever wensen
dan dat het juichend U ontmoet
Die leven zijt en leven doet
2 Het heil dat uw altaar omgeeft
beschermt en koestert al wat leeft.
De mus, de zwaluw vindt een woning.
Haar jongen zijn in veiligheid.
Mij is een schuilplaats toebereid
in het paleis van U, mijn Koning.
Heil hen die toeven aan uw hof
en steeds zich wijden aan uw lof.
Stil Gebed
Bemoediging en Groet
Samenzang: Gezang 250: 1, 2, 3, 4 en 5
1 Kom, Heilge Geest, Gij vogel Gods,
daal neder waar Gij wordt verwacht.
Verschijn, Lichtengel, in de nacht
van onze geest, verward en trots.
2 Waar Gij niet zijt, is het bestaan,
is alle denken, alle doen
zo leeg en woest, zo dood, als toen
Gij, Geest, nog niet waart uitgegaan.
3 Er is geen licht dan waar Gij zijt,
uw vleugels breidt, uw vleugels strekt,
geen leven, dan waar Gij het wekt
in een gemis dat naar U schreit.
4 Hoor, Heilge Geest, wij roepen U!
Kom, wees aanwezig in het woord;
wek onze geest, opdat hij hoort,
wek ons tot leven, hier en nu.
5 O Heilge Geest, wij zijn verblijd:
Gij immers, eeuwig ondoorgrond,
legt zelf dit lied ons in de mond,
ten teken dat Gij bij ons zijt.
Gebed
Eerste Schriftlezing: Genesis 1, 1 – 5 (NBG51)
1In den beginne schiep God de hemel en de aarde. 2De aarde nu was woest en ledig, en duisternis lag op de vloed, en de Geest Gods zweefde over de wateren. 3En God zei: Er zij licht; en er was licht. 4En God zag, dat het licht goed was, en God maakte scheiding tussen het licht en de duisternis. 5En God noemde het licht dag, en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de eerste dag.
Tweede Schriftlezing: 2 Korintiërs 4, 1 – 15 (NBG51)
1Daarom, nu wij deze bediening hebben, die ons door barmhartigheid is toevertrouwd, verliezen wij de moed niet, 2maar hebben wij verworpen alle schandelijke praktijken, die het licht niet kunnen zien, daar wij niet met sluwheid omgaan of het woord Gods vervalsen, maar de waarheid aan het licht brengen en zo bij elk menselijk geweten onze eigen aanbeveling zijn voor het oog van God. 3Indien dan nog ons evangelie bedekt is, is het bedekt bij hen, die verloren gaan, 4ongelovigen, wier overleggingen de god dezer eeuw met blindheid heeft geslagen, zodat zij het schijnsel niet ontwaren van het evangelie der heerlijkheid van Christus, die het beeld Gods is. 5Want wij prediken niet onszelf, maar Christus Jezus als Here, en onszelf als uw dienaren om Jezus' wil. 6Want de God, die gesproken heeft: Licht schijne uit het duister, heeft het doen schijnen in onze harten, om ons te verlichten met de kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Christus.
7Maar wij hebben deze schat in aarden vaten, zodat de kracht, die alles te boven gaat, van God is en niet van ons: 8in alles zijn wij in de druk, doch niet in het nauw; om raad verlegen, doch niet radeloos; 9vervolgd, doch niet verlaten; ter aarde geworpen, doch niet verloren; 10te allen tijde het sterven van Jezus in het lichaam omdragende, opdat ook het leven van Jezus zich in ons lichaam openbare. 11Want voortdurend worden wij, die leven, aan de dood overgeleverd, om Jezus' wil, opdat ook het leven van Jezus zich in ons sterfelijk vlees openbare. 12Zo werkt dan de dood in ons, doch het leven in u. 13Maar nu wij dezelfde Geest des geloofs hebben, gelijk geschreven staat: Ik heb geloofd, daarom heb ik gesproken, geloven ook wij, en daarom spreken wij ook. 14Immers, wij weten, dat Hij, die de Here Jezus opgewekt heeft, ook ons met Jezus zal opwekken en met u voor Zich stellen. 15Want het geschiedt alles om uwentwil, opdat de genade toeneme en door steeds meerderen overvloediger dank worde gebracht ter ere Gods.
Samenzang: Op Toonhoogte Lied 165: 1, 2 en 3
1 Vrede van God, de vrede van God,
de vrede van God zij met jou.
Vrede van Hem, vrede van God,
de vrede van God zij met jou.
2 In Jezus’ Naam, in Jezus’ Naam,
in Jezus’ Naam geef ik jou:
vrede van Hem, vrede van God,
de vrede van God zij met jou.
3 Heilige Geest, de Heilige Geest,
de Heilige Geest zij met jou.
Vrede van Hem, vrede van God,
de vrede van God zij met jou.
Verkondiging
Samenzang: Gezang 430: 5 en 6
5 Hoe moet ik, hemelzon, U danken
voor ’t licht dat Gij mij hebt gebracht?
Gij hebt mijn ziel, die arme, kranke,
voorgoed genezen van de nacht.
Gij kuste met uw gouden mond,
o zon, mijn ziel gezond.
6 Blijf, Heer, mij met uw gunst genegen,
dat ik niet weer verdwalen zal;
houd Gij mijn voeten op uw wegen,
dan brengen zij mij niet ten val.
O licht, dat op mijn leven viel,
verlicht mij lijf en ziel.
Geloofsbelijdenis
Samenzang: Op Toonhoogte Lied 191: 1, 2 en 3
1 Ik bouw op U, mijn Schild en mijn Verlosser.
Niet eenzaam ga ik op de vijand aan.
Sterk in uw kracht, gerust in uw bescherming. )
Ik bouw op U en ga in uwe Naam. ) 2 x
2 Gelovend ga ik, eigen zwakheid voelend.
En telkens meer moet ik uw kracht verstaan.
Toch rijst in mij een lied van overwinning. )
Ik bouw op U en ga in uwe Naam. ) 2 x
3 Ik bouw op U, mijn Schild en mijn Verlosser.
Gij voert de strijd, de huld’ is U gewijd.
In ’t laatste uur zal ’k zegevierend ingaan )
in rust met U Die mij hebt voortgeleid. ) 2 x
Dankgebed en voorbeden
Collecte
Samenzang slotlied: Gezang 459: 1, 3, 4 en 6
1 Door de nacht van strijd en zorgen
schrijdt de stoet der pelgrims voort,
vol verlangen naar de morgen,
waar de hemel hen verhoort.
3 Door de nacht leidt ons ten leven
licht dat weerlicht overal,
dat ons blinkend zal omgeven,
als ons God ontvangen zal.
4 In ons hart is dit de luister,
dit de liefde die ons leidt
op de kruistocht door het duister
naar de lichte eeuwigheid.
6 Eén van hart en één van zinnen,
één in onze aardse strijd,
in ons hemels overwinnen,
één in tijd en eeuwigheid.
Wegzending en Zegen
Gemeente antwoordt: Gezang 456: 3
3 Amen, amen, amen!
Dat wij niet beschamen
Jezus Christus onze Heer,
amen, God, uw naam ter eer!
Uitleidend orgelspel
|